Recept voor 4 personen
Het deeg:
Vermeng de gist met lauwwarm water. Zeef de bloem en 1 tl zout in een kom. Maak een kuiltje en schenk hier de gist in. Bestuif het met bloem en laat het 15 minuten staan. Voeg de olijfolie, witte wijnazijn en ongeveer 2,5 dl water toe. Zorg dat alle ingrediënten op kamertemperatuur zijn en schenk niet direct al het water bij de bloem. Het deeg moet niet plakkerig worden. Kneed het tot een glad deeg en laat het in een kom op een warme plek onder een vochtige theedoek rijzen tot twee keer het oorspronkelijke volume (let op dat de theedoek het deeg niet raakt). Rol het deeg op een bebloemde werkbank uit tot een rechthoek. Leg de lap op een ingevette bakplaat of bakpapier.
Beleg:
Ontvel de tomaten en pureer ze met een teentje knoflook, peterselie, peper en zout in de keukenmachine. Snijdt de verse paddenstoelen in grove stukken. Bestrijk de pizza met de tomatensaus. Beleg de coca met ‘truffelcarpaccio’ en bestrooi de paddenstoelen eroverheen. Bak de coca in een voorverwarmde oven van 200 graden ca. 25-30 minuten.